-
1 genoeg
genoeg1〈 bijwoord〉2 [meer dan wenselijk/prettig] enough♦voorbeelden:jammer genoeg • regrettably, unfortunatelyoud en wijs genoeg zijn • be old and wise enoughhij is niet precies genoeg • he is not precise enoughmen kan niet voorzichtig genoeg zijn • one can't be too carefuldat kon niet genoeg benadrukt worden • that could not be stressed/emphasized (often) enoughvreemd genoeg • strangely enough, strange to say————————genoeg2〈 telwoord〉2 [meer dan wenselijk, prettig] enough♦voorbeelden:tijd genoeg hebben • have plenty of timeheb je genoeg gegeten? • have you had enough (to eat)?ik heb genoeg aan een gekookt ei • a boiled egg will do for mehij kan er niet genoeg van krijgen • he cannot get enough of itik weet genoeg • I've heard enoughdat zegt genoeg • that says enoughaan zichzelf genoeg hebben • be self-sufficient; 〈 met betrekking tot problemen〉 have enough problems of one's owngenoeg hierover! • enough said!er is genoeg voor allemaal • there is enough to go rounder is meer dan genoeg • there's enough and to spareer/ergens genoeg van hebben/krijgen • have/get enough of it/somethinger schoon genoeg van hebben/krijgen • have had it up to herezo is het wel genoeg • that will do -
2 ik heb genoeg aan een gekookt ei
ik heb genoeg aan een gekookt eiVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ik heb genoeg aan een gekookt ei
-
3 do
n. feest; doen (grammatika, gebiedende wijs), bedrog--------v. doen; voldoende zijn; klaarkomen; spelen; voor de gek houdendo1[ doe:] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: ook do's〉♦voorbeelden:→ fair fair/————————do21 doen ⇒ handelen, zich gedragen4 klaar zijn ⇒ opgehouden zijn/hebben5 geschikt/bruikbaar zijn ⇒ voldoen, volstaan♦voorbeelden:1 don't! • niet doen!, schei uit!he did well to refuse that offer • hij deed er goed aan dat aanbod te weigerenshe was hard done by • zij was oneerlijk behandelddo well/badly by someone • iemand goed/slecht behandelendo as you would be done by • wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet〈 spreekwoord〉 do as you would be done by • wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander nietdo as you please • doe wat je wilt2 how do you do • aangenaam, hoe maakt u hetbusiness is doing well • de zaken gaan goedhe is doing well • het gaat goed met hemdo well out of selling souvenirs • aardig profiteren van het verkopen van souvenirs〈 informeel〉 he made a pass at her, but nothing doing • hij probeerde haar te versieren, maar geen kanswhat's doing in London? • wat is er in Londen te doen?4 have done! • schei uit!Jack had done with eating • Jack was klaar met etenhave done with it • er de brui aan gegeven hebbenthe dress must be made to do for a while yet • deze jurk moet nog een poosje meegaanit doesn't do to worry like that • het haalt niets uit je zo'n zorgen te makenit doesn't do to say such things • zoiets hoor je niet te zeggennothing doing • het haalt niets uitthat will do! • en nou is 't uit!it will do tomorrow, tomorrow will do • morgen kan ook nog/is het ook goedJoan will do as my helper • Joan kan ik als mijn helper gebruikenthat coat will do as/for a blanket • die jas kan (wel) als deken dienenthat will do for me • dat is wel genoeg voor mijdo well/badly for something • goed/slecht voorzien zijn van ietshe can (make) do with very little food • hij heeft maar weinig eten nodigthey'll have to do with what they've got • ze zullen het moeten doen met wat ze hebbenI can't do without music • ik kan niet zonder muziek〈 informeel〉 do away with • wegdoen/gooien, een eind maken aan; afschaffen 〈 doodstraf, instituut e.d.〉〈 informeel〉 do away with someone • iemand uit de weg ruimen, iemand afmakenhow does this jacket do up? • hoe gaat dit jasje dicht?〈Brits-Engels; informeel〉 do for someone • het huishouden doen voor iemand, werkster zijn bij iemand〈 informeel〉 I'm done for • ik ben er geweest, het is met mij gedaan〈 informeel〉 what will we do for water? • hoe komen we aan water?I could do with a few quid • ik zou best een paar pond kunnen gebruikenit's got nothing to do with you • jij staat erbuitenII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 bezig zijn met 〈iets concreets/bestaands〉 ⇒ doen; opknappen, in orde brengen, herstellen; oplossen 〈puzzels e.d.〉; studeren 〈enz.〉3 maken ⇒ doen ontstaan/worden4 (aan)doen ⇒ geven, veroorzaken11 handelen in ⇒ verkopen, hebben♦voorbeelden:do one's best • zijn best doendo business with • zaken doen metdo a concert • een concert gevendo a dance • een dans uitvoerendo exams • examens afleggen/doendo hard work • hard werkendo some skiing • een beetje skiënhe did all the talking at the meeting • hij voerde steeds het woord op de vergaderingif you want to go, do it now • als je wilt gaan, doe het dan nuit isn't done • zoiets doet men nietit does something for/to me • het doet me wat, het geeft me een kickthat embroidered M does something for/to your dress • die geborduurde M geeft je jurk net dat beetje extrawhat can I do for you? • wat kan ik voor je doen?; 〈 in winkel〉wat mag het zijn?well done! • goed zo!, knap gedaan!2 I still have to do the bedroom/dishes • ik moet de slaapkamer/vaat nog doendo a degree • studeren voor een (universitaire) graaddo one's duty • zijn plicht doendo one's face • zijn gezicht/zich opmakendo psychology • psychologie studerenthey did the dining room in blue and white • zij hebben de eetkamer in blauw en wit ingerichtdo his service • in dienst zijnhave one's teeth done • zijn tanden laten nakijken/behandelendo the windows • de ramen lappendo out • grondig onder handen nemen/schoonmaken/opruimendo a room over • de kamer weer eens opknappendo up the kitchen • de keuken opknappendo up (in) a parcel • een pakje maken (van)do a house up • een huis renoveren/restaurerenshe did her hair up • ze stak haar haar opdo oneself up • zich opmaken, zich opdoffendo an omelette • een omelet bakkendo a story • een verhaal schrijvendo a translation • een vertaling makendo wonders • wonderen verrichtendo someone a favour • iemand een dienst bewijzenit does me good • het doet me goed〈 ironisch〉 much good may it do you! • veel geluk ermee!it does one no harm • het kan geen kwaadthe girls were really done • de meisjes waren bekafdone in • bekaf, afgepeigerdget done with something • iets afmakenthe potatoes aren't done yet • de aardappelen zijn nog niet gaarhow do you want your steak done? • hoe wil jij je biefstuk?he did the villain • hij speelde de schurkenrol8 do 50 mph. • 80 km/uur rijden9 do Europe in five days • Europa bezoeken/doen in vijf dagendo someone for \\td100 • iemand voor honderd dollar afzettendo a child out of its prize • een kind zijn prijs afhandig makenwe do only B\\teB • we hebben enkel kamer met ontbijtdo a place over • een woning plunderen¶ that's done it! • gelukt!; nou is 't uit/naar de knoppenthat does it! • dat doet de deur dicht!I've done it again • ik heb het weer verknoeid/verknaldthat does me • daar kan ik (met m'n pet) niet bija boiled egg will do me • ik heb genoeg aan een gekookt eiwhat are you doing with yourself? • wat voer je tegenwoordig uit?they did not know what to do with themselves • ze verveelden zichif you don't stop now, I'll do you! • als je nu niet ophoudt, doe ik je wat!/dan zal ik je!do someone/something down • iemand/iets kleinerendo someone down • iemand beduvelen/belazerenover and done with • voltooid verleden tijddo up a zip/a coat • een rits/jas dichtdoenwould you do me up please • wil jij mijn rits even voor me dicht doenIII 〈 hulpwerkwoord〉1 〈om inversie en ontkenning mogelijk te maken; onvertaald〉3 〈om nadruk mogelijk te maken; voornamelijk te vertalen door een bijwoord〉♦voorbeelden:1 do you know him? • ken je hem?I don't know him • ik ken hem niet2 he laughed and so did she • hij lachte, en zij (lachte/deed dat) ookI treat my friends as he does his enemies: badly • ik behandel mijn vrienden zoals hij zijn vijanden: slechthe worked harder than he'd ever done before • hij werkte harder dan (hij vroeger) ooit (gedaan had)‘I take it it's true’ ‘So do I/But I don't’ • ‘Ik neem aan dat het waar is’ ‘Ik ook/Ik niet’he writes well, doesn't he? • hij schrijft goed, niet (waar)?/vind je niet?‘Did you see it?’ ‘I did/I didn't’ • ‘Heb jij het gezien?’ ‘Ja/Neen’‘He sold his car’ ‘Did he?’ • ‘Hij heeft zijn auto verkocht’ ‘Echt (waar)?’〈 informeel〉 they behave strangely, do women • ze doen rare dingen, de vrouwenI do love you • ik hou echt van jedo come in! • kom toch binnen! -
4 Ei
Interj.1. oh!; ei, ei! iro. (well,) what do you know!, Brit. auch well fancy that!; ei, wer kommt denn da? look who’s here!2. Kindersprache: ei ei machen (bes. die Wange streicheln) pet; beim Hund etc. ei (ei) machen stroke the dog etc.; ei ei! beim Streicheln: nice doggy etc.; tröstend etc. zu Kind: there there* * *das Eiegg* * *[ai]nt -(e)s, -er1) (= Vogelei, Schlangenei) egg; (PHYSIOL) egg, ovumdas Ei des Kolumbus finden — to come up with just the thing
das ist das Ei des Kolumbus — that's just the thing or just what we want
jdn wie ein rohes Ei behandeln (fig) — to handle sb with kid gloves
wie auf Eiern gehen (inf) — to step gingerly
wie aus dem Ei gepellt aussehen (inf) — to look spruce
sie gleichen sich or einander wie ein Ei dem anderen — they are as alike as two peas (in a pod)
kümmere dich nicht um ungelegte Eier! (inf) — don't cross your bridges before you come to them! (prov)
das sind ungelegte Eier! (inf) — we'll cross that bridge when we come to it (prov)
See:→ dickein Tritt in die Eier — a kick in the balls (sl)
4) (RUGBY sl) ball, pill (inf)* * *das1) (an oval object usually covered with shell, laid by a bird, reptile etc, from which a young one is hatched: The female bird is sitting on the eggs in the nest.) egg2) (such an object laid by a hen, used as food: Would you rather have boiled, fried or scrambled eggs?) egg* * *Ei<-[e]s, -er>[ˈai]nt1. (Vogelei, Schlangenei) eggfaules \Ei rotten eggein hartes/hart gekochtes \Ei a hard-boiled eggein weiches/weich gekochtes \Ei a soft-boiled eggaus dem \Ei kriechen to hatch [out]ein \Ei legen to lay an eggrussische \Eier egg mayonnaise, eggs Russian style\Eier legend egg-laying, oviparous spec2. (Eizelle) ovumjdm einen Tritt in die \Eier geben [o versetzen] to kick sb [or give sb a kick] in the balls sldas kostet dich 500 \Eier! that'll cost you 500 quid!5.▶ wie auf \Eiern gehen (fam: ungeschickt gehen) to teeter around BRIT; (vorsichtig, ängstlich gehen) to walk carefully [or BRIT gingerly]▶ das \Ei will klüger sein als die Henne! [don't] try and teach your grandmother to suck eggs!▶ das ist das \Ei des Kolumbus that's just the thing▶ jdn wie ein rohes \Ei behandeln to handle sb with kid gloves▶ das sind doch noch ungelegte \Eier, kümmere dich nicht um ungelegte \Eier we'll cross that bridge when we come to it* * *das; Ei[e]s, Eier1) egg; (Physiol., Zool.) ovumaus dem Ei schlüpfen — hatch [out]
verlorene od. pochierte Eier — poached eggs
russische Eier — egg mayonnaise; Russian eggs
sie geht wie auf [rohen] Eiern — (fig.) she is walking very carefully
ach, du dickes Ei! — (ugs.) dash it! (Brit. coll.); darn it! (Amer. coll.)
das Ei des Kolumbus — (fig.) an inspired discovery
wie aus dem Ei gepellt sein — (fig.) be dressed to the nines
sich gleichen wie ein Ei dem anderen — be as like as two peas in a pod; s. auch Apfel
* * *Ei n; -(e)s, -er1. egg;ein Ei legen lay an egg;Eier legend ZOOL egg-laying, oviparous;aus dem Ei schlüpfen hatch (out);ein Ei aufschlagen/trennen crack/separate an egg;ein weiches/hartes oderweich/hart gekochtes Ei a soft-/hard-boiled egg;wie auf (rohen) Eiern gehen tread carefully;sich gleichen wie ein Ei dem andern be as like as two peas (in a pod);jemanden/etwas wie ein rohes Ei behandeln handle sb/sth with kid gloves;empfindlich sein wie ein rohes Ei be really touchy;aussehen wie aus dem Ei gepellt look very smart, look as if one has just stepped out of a fashion magazine2. fig:das ist das Ei des Kolumbus! that’s it(, why didn’t I oder we think of that before?), that’s the answer ( oder solution) we’ve all been looking for;das sind noch ungelegte Eier we’ll cross that bridge when we come to it;kümmere dich nicht um ungelegte Eier you can worry about that when the time comes, we’ll cross that bridge when we get to it;ach du dickes Ei! umg well I never, my goodness!;das ist ja ein dickes Ei! umg that’s a bit thick (US a raw deal);ein Ei legen umg (etwas austüfteln) think up something; (einen Plan ausbrüten) work out a plan; (Darm entleeren) have a dump ( oder shit sl);das Ei will klüger sein als die Henne you etc are trying to teach your grandmother to suck eggs;3. PHYSIOL ovum4.5.jemandem in die Eier treten kick sb in the balls;der Typ geht mir auf die Eier! that guy gets on my tits (US nerves)* * *das; Ei[e]s, Eier1) egg; (Physiol., Zool.) ovumaus dem Ei schlüpfen — hatch [out]
verlorene od. pochierte Eier — poached eggs
russische Eier — egg mayonnaise; Russian eggs
sie geht wie auf [rohen] Eiern — (fig.) she is walking very carefully
ach, du dickes Ei! — (ugs.) dash it! (Brit. coll.); darn it! (Amer. coll.)
das Ei des Kolumbus — (fig.) an inspired discovery
wie aus dem Ei gepellt sein — (fig.) be dressed to the nines
sich gleichen wie ein Ei dem anderen — be as like as two peas in a pod; s. auch Apfel
* * *-er n.egg n.ovum n.(§ pl.: ova) -
5 jaj|ko
n 1. Kulin. egg- świeże jajka fresh eggs- zepsute jajko a bad a. rotten egg- jajko kurze a hen’s egg- skorupka jajka an eggshell- jajko faszerowane/na miękko/na twardo/sadzone a stuffed/soft-boiled/hard-boiled/fried egg- smażyć jajko to fry an egg- gotować jajko to boil an egg- zjesz gotowane jajko? will you have a boiled egg?2. Zool. (komórka rozrodcza jajorodnych) egg- bocianie jajka storks’ eggs- znieść jajko to lay an egg- wysiadywać jajko to incubate an egg3. (przedmiot w kształcie jajka) jajko z cukru a sugar egg 4. zw. pl wulg. (jądro) bollock a. ballock zw. pl GB posp., ball zw. pl posp., nut zw. pl posp.- oberwał w jajka he got hit in the nuts- jajko w koszulce Kulin. poached egg- okazało się, że cały problem był jajkiem Kolumba it turned out that there was a brilliantly simple solution to the problem- dzielić się jajkiem Relig. to perform the Easter morning ritual of exchanging good wishes while sharing a hard-boiled egg blessed in church the day before- wmawiał a. wpierał mi jak w chorego jajko, że Chopin był Francuzem pot. he wouldn’t let go of the notion that Chopin was French- nosić się z czymś jak kura z jajkiem pot. to shilly-shally over a. about sth pot., to dither over a. about sth- już drugi tydzień nosi się z decyzją jak kura z jajkiem he’s been dithering over the decision for two weeks- obchodzić się z kimś jak z jajkiem to handle a. treat sb with kid gloves- jajko mądrzejsze od kury pot. (young) upstart, whippersnapper- nie kłóć się z matką! od kiedy to jajko jest mądrzejsze od kury since when do you know more than your mother?!The New English-Polish, Polish-English Kościuszko foundation dictionary > jaj|ko
-
6 na
praep. 1. (wskazuje na kontakt z powierzchnią) [znajdować się] on- na stole/kanapie/krześle on the table/sofa/chair- na ścianie/drzwiach on the wall/door- na Ziemi/Księżycu on the Earth/Moon- na niebie in the sky- na jeziorze/rzece on the lake/river- na morzu at sea- na zdjęciu/obrazie (jako temat) in a photo/picture- na środku czegoś in the middle a. centre of sth- na początku/końcu czegoś at the beginning/end of sth- rana na nodze a wound on a a. in the leg- mieć na sobie marynarkę/płaszcz to be wearing a jacket/coat- nosiła pierścionek na małym palcu, a na szyi korale she had a ring on her little finger and beads (a)round her neck- włóż płaszcz na sweter put your coat on over your sweater2. (wskazuje na pomieszczenie, miejsce) at, in- na stadionie at the stadium- na korytarzu in the corridor- na ulicy in the street, outside- na ulicy Klonowej in a. on Klonowa Street- na dworcu/przystanku autobusowym at the station/bus stop- na staromiejskim rynku in the Old Town marketplace- na wschodzie/południu in the East/South- na Bliskim Wschodzie in the Middle East- na Ukrainie/Węgrzech in (the) Ukraine/in Hungary- na Śląsku/Mazowszu in Silesia/Mazovia- na wyspie/Borneo on an island/in Borneo- na wsi in the country- na uniwersytecie at (the) university/in the university- na wykładzie/przedstawieniu at a lecture/performance- na górze/dole (wysokość) at the top/bottom; (w budynku) upstairs/downstairs3. (wskazuje na kierunek) [pójść, prowadzić] to- na plażę/bagna to the beach/marshes- na stację/salę operacyjną to the station/the operating theatre- na Łotwę/Pomorze to Latvia/Pomerania- na Sycylię/Krym to Sicily/the Crimea- wyprawa na Mount Everest an expedition to Mount Everest- wspinać się na Giewont to climb Giewont- robotnicy wylegli na ulice workers took to the streets- dostał się na uniwersytet/prawo he entered university a. was admitted to university/he entered the law department- poszła na zebranie/koncert she went to a meeting/concert- iść/skręcać na północ/wschód to go/turn north/east- okna wychodzą na południe/na ogród the windows face south/look onto the garden- na północ/wschód od czegoś to the north/east of sth- na górę/dół (wyżej/niżej) up/down; (w budynku) upstairs/downstairs- patrzeć na kogoś to look at sb- postawić wazon na stół a. na stole to put a vase on the table- ładować meble na ciężarówkę to load furniture onto a lorry- przenosić się z miejsca na miejsce to move from place to place4. (wskazuje na odcinek czasu) for- wyjechać na tydzień/dwa dni to go away for a week/two days- na krótko for a bit a. a short while- na zawsze forever, for ever- muszę was na chwilę zostawić I’ll have to leave you for a moment- ptaki odleciały na zimę the birds have flown off for the winter- na pół godziny przed odlotem samolotu half an hour before the plane’s departure5. (wskazuje na termin) przygotuję ten referat na środę I’ll prepare the paper for Wednesday- miałeś zrobić tłumaczenie na wczoraj you were supposed to finish the translation by yesterday- przesuńmy zebranie na jutro let’s postpone the meeting till tomorrow- masz przyjść na drugą/lunch you must come at two/for lunch- jestem z nim umówiony na siedemnastą/na piątego stycznia I’m seeing him at 5 p.m./on January the fifth6. (wskazuje na okazję) for- na tę okazję for the occasion- sukienka na specjalne okazje a dress for special occasions- zjeść coś na śniadanie/lunch to have a. eat sth for breakfast/lunch- kupić komuś prezent na urodziny to buy sb a present for his/her birthday- zaprosić kogoś na imieniny/wigilię to invite sb to one’s name day party/for Christmas Eve- pójść na wesele/pogrzeb to go to a wedding/funeral- pocałować/pomachać komuś na pożegnanie to kiss/wave sb goodbye7. (z nazwami środków lokomocji) na nartach/rowerze on skis/on a bike- policjanci na koniach policemen on horseback- jechać na rowerze to cycle, to ride a bike- latać na lotni to go hang-gliding- jeździć na łyżwach/wrotkach to skate a. go skating/to (roller) skate a. go (roller) skating- chodzić/stać na rękach to walk/stand on one’s hands- skakać na jednej nodze to hop on one foot- zjechał na nartach ze zbocza he skied down the slope- dziecko poruszało się na pupie po całym pokoju the baby shuffled around the room on his/her bottom8. (wskazujące na podporę) on- stolik na kółkach a table on a. with wheels- pantofle na wysokim obcasie highheeled shoes- pantofle na płaskim obcasie low-heeled shoes, flats US- fotel/konik na biegunach a rocking chair/horse- spodnie na szelkach/pasku trousers with braces/with a belt- prowadzić psa na smyczy to lead a dog on a leash- leżeć na brzuchu/plecach to lie on one’s stomach/back- oprzeć się na łokciu/na lasce to lean on one’s elbow/a cane9. (z nazwami narzędzi, urządzeń, instrumentów) on- na komputerze/kalkulatorze on a computer/calculator- pisać na maszynie to type, to write on a typewriter- uszyć sukienkę na maszynie to machine(-sew) a dress- grać na skrzypcach/fortepianie to play (on) the violin/piano- zagrać jakąś melodię na skrzypcach/fortepianie to play a tune on the violin/piano- robić na drutach to knit10. (wskazuje na sposób) pranie na sucho dry-cleaning- jajka na twardo/miękko hard-boiled/soft-boiled eggs- usmażyć coś na maśle/oleju to fry sth in butter/oil- ten rosół jest na wołowinie, nie na kurczaku this is beef broth, not chicken broth- nalewka na wiśniach cherry brandy- sprzedawać coś na sztuki/tuziny to sell sth by the piece/dozen- kupić coś na raty to pay for sth by a. in instalments- pomalować coś na niebiesko/zielono to paint sth blue/green- ubierać się na biało/czarno to dress in white/black- „podawać na zimno/gorąco” ‘serve cold/hot’- (ona) uczy się na piątki she always gets top marks11. (wskazuje na przeznaczenie) for- mięso na befsztyki/zupę meat for steak/soup- butelka na mleko a milk bottle- materiał na sukienkę dress material- stojak na buty a shoe rack- syrop na kaszel cough syrup- koncert na skrzypce i fortepian a concerto for violin and piano- dom na sprzedaż a house for sale- sztućce/stół na cztery osoby cutlery/a table for four (people)- brała krople na serce she took drops for her heart- nie mam już miejsca na książki I don’t have any more room for books- na dokończenie tego mieliśmy tylko dwie godziny we only had two hours to finish it- nie trać czasu na głupstwa don’t waste time on trifles- brakuje pieniędzy na zasiłki there’s a shortage of money for benefits12. (wskazuje na cel) for- zabrali go do szpitala na operację they took him to hospital for an operation- poszedł na egzamin he went to take a. went off for his exam- idę do znajomych na brydża I’m going to my friends to play (some) bridge a. for a game of bridge- umówmy się na piwo let’s meet for a beer- muszę pójść na zakupy I have to do some a. go shopping- na co chcesz pójść (do kina)? what (film) would you like to see?- wybrać się na grzyby/ryby to go mushroom picking/fishing- skoczył do wody jemu/jej na ratunek he jumped into the water to save him/her13. (wskazuje na skutek) to, into- podarł spodnie na strzępy he tore his trousers to shreds- wazon rozbił się na kawałki the vase smashed to pieces- porąbał drewno na kawałki he chopped the wood into pieces- pokrój mięso na plastry/kawałki cut the meat into slices/chunks- gips strwardniał na kamień the plaster set as hard as rock- przerobiła sukienkę na spódnicę she turned the dress into a skirt- przebudowali piwnicę na sklep they converted the cellar into a shop- rodzice wychowali go na uczciwego człowieka his parents brought him up to be an honest man14. (wskazuje na przyczynę) at- na czyjąś prośbę/zaproszenie at sb’s request/invitation- na czyjś rozkaz at sb’s order- na widok kogoś/czegoś at the sight of sb/sth- na dźwięk dzwonka wyskoczył z wanny at the sound of the bell he jumped out of the bath- na myśl o tym zrobiło mu się słabo he felt faint at the (very) thought of it- śledztwo rozpoczęto na wniosek poszkodowanego the investigation was opened at the request of the injured party- na nasz apel zgłosiło się wielu ochotników many volunteers responded to our appeal- oskarżeni utrzymują, że strzelali na rozkaz the accused claim that they were ordered to shoot- chorować na grypę to be ill with flu- przystanek na żądanie a request stop GB, a flagstop US15. (w pomiarach, obliczeniach) 100 kilometrów na godzinę a hundred kilometres per a. an hour- dwa razy na tydzień/rok twice a week/year- jeden student na dziesięciu one student in ten a. out of ten- na jedno miejsce było sześciu kandydatów there were six candidates per place- bieg na 100 metrów the 100 metres sprint- głęboki/długi na sześć metrów six metres deep/long- drzwi były otwarte na całą szerokość the door was wide open- podszedłem do niego na odległość kilku kroków I came to within several steps of him- poziom wody podniósł się na wysokość pierwszego piętra the level of the water rose up to the first floor- jak na swoje lata, jest w doskonałej formie he’s in excellent form for his years- jak na emeryta, ma spore dochody for a pensioner he has quite a large income- pomidory, jak na krajowe, są znakomite for Polish tomatoes they’re delicious- suma, jak na owe czasy, ogromna a huge sum for a. in those days a. times- na ówczesne warunki (for) the way things were at the time; for the conditions prevailing at that time książk.- na co? what for?- na co ci ołówek? what do you need a pencil for?- i na co wam to było? what did you have to do that for?* * *prep(+acc) ( kierunek) tona plażę/wieś — to the beach/country
na Węgry/Kubę — to Hungary/Cuba
wchodzić (wejść perf) na drzewo — to climb a tree
na zachód/północ — west/north, westward(s)/northward(s)
wpadać (wpaść perf) na kogoś — to bump into sb ( okres)
na 5 minut przed na — +loc five minutes before... ( termin)
na czwartą — ( zrobić coś) by four (o'clock); ( przyjść) at four (o'clock) ( okazja)
na sztuki/tuziny — by the piece/the dozen
na raty — on hire purchase (BRIT) lub installments (US)
na czyjąś prośbę/zaproszenie — at sb's request/invitation
na czyjś sygnał/życzenie — on sb's signal/wish
chory na grypę — ill lub sick (US) with flu ( miara)
dwa razy na tydzień — twice a lub per week
jeden na dziesięć — one in ten, one out of ten
malować (pomalować perf) coś na biało — to paint sth white ( przeznaczenie)
kosz na śmieci — dustbin (BRIT), garbage can (US)
jechać na wakacje/wycieczkę — to go on holiday/a trip
iść na wykład/koncert — to go to a lecture/concert ( z przysłówkami)
* * *naprep.+ Loc.1. ( miejsce) on, at, in ( często nie tłumaczony jako przyimek); na stole on the table; na ścianie on the wall; na górze/na dole up/down; at the top/bottom ( czegoś of sth); (= na piętrze/na parterze) upstairs/downstairs; na ulicy on the street; Br. in the street; na Siódmej Ulicy on Seventh Street; Br. in Seventh Street; na Pennsylvania Avenue pod numerem 10 Br. at 10 Pennsylvania Avenue; na Alasce/Litwie in Alaska/Lithuania; na deszczu (out) in the rain; na dworze (= na zewnątrz) outside, outdoors; na koniu on a horse, on horseback; na korytarzu in the corridor; na palcu/głowie on one's finger/head; mieć mnóstwo spraw na głowie przen. have a lot on one's mind l. shoulders; na początku/końcu czegoś at the beginning/end of sth; na polu in the field; na uniwersytecie/poczcie at the university/post office; na zachodzie in the west.3. (= podczas) at, during, on; na zebraniu/koncercie at a meeting/concert; na wakacjach on vacation; Br. on holiday; na wycieczce on a trip l. excursion; spędzać czas na czytaniu spend one's time reading.4. ( środek lokomocji) on; jechać na koniu ride (on) a horse; jeździć na nartach ski, go skiing; jeździć na rowerze ride (on) a bicycle, ride a bike.5. ( ruch lub pozycja ciała) on; chodzić na rękach walk on one's hands; leżeć na boku lie on one's side; na nogach (t. przen. = w dobrej kondycji) on one's feet.6. ( instrument) on; grać na skrzypcach/fortepianie play the violin/piano; grać melodię na fortepianie play a tune on the piano.8. ( precyzowanie znaczenia rzeczownika) buty na wysokich obcasach high-heeled shoes; ciasto na drożdżach yeast dough; nalewka na wiśniach cherry liqueur; koń na biegunach rocking horse.9. (po czasownikach l. przymiotnikach) oszczędzać na czymś economize on sth; wprawiać się na czymś cut one's teeth on sth; wychowany na czymś brought up l. raised on sth.prep.+ Acc.1. (kierunek l. cel) to, toward(s), on, upon ( często nie tłumaczony jako przyimek); na Alaskę/Litwę to Alaska/Lithuania; na stolicę (o celu marszu, operacji wojskowej) toward l. on the capital; na górę/na dół up/down; ( po schodach) upstairs/downstairs; na pocztę/dworzec kolejowy to the post office/railroad station; na ulicę (out) into the street; na zachód west, westward(s); wyjść na ulicę (euf. = zacząć uprawiać prostytucję) go on the streets.2. (po czasownikach l. przymiotnikach) chory na głowę (pot. = szalony) sick in the head, brainsick; chorować l. cierpieć na coś suffer from sth; cieszyć się na coś look forward to sth; krzyczeć na kogoś shout at sb; patrzeć na kogoś/coś look at sb/sth; zanosi się na deszcz it's going to rain; zły na kogoś/coś angry at/with sb/sth.5. (termin, wyznaczony czas) (dokładnie) na czas (right) on time; obiad będzie na piątą dinner will be (ready) at five; umówić się na środę agree to meet on Wednesday, schedule an appointment for Wednesday; wracam na Wielkanoc I'll be back l. returning for Easter; zrobię to na jutro I'll do it for tomorrow.7. ( przeznaczenie) kosz na śmieci waste-paper basket; materiał na sukienkę dress material; koncert na fortepian muz. piano concerto; skrzynka na listy mailbox; Br. letter-box.8. ( sposób) with, by; walczyć na miecze fight with swords; kupować na raty buy on installments; kupować/sprzedawać na sztuki buy/sell by the piece.9. ( miara) 100 kilometrów na godzinę a hundred kilometers an hour/per hour; szeroki na dwa metry two meters wide; raz na rok once a year.10. (przyczyna, bodziec) on, upon, at, to; co ty na to? what do you say?, what would you say to that?; na żądanie on demand; na czyjąś prośbę/czyjś rozkaz on l. at sb's request/order; na widok kogoś/czegoś at the sight of sb/sth; na wieść o wypadku upon the news of the accident; odpowiedzieć na pytanie answer a question.11. ( podział) into, in; drzeć coś na kawałki tear sth into l. to pieces; dzielenie włosa na czworo przen. hair-splitting; dzielić/łamać/składać coś na pół divide/break/fold sth in half.14. ( cel) to, for, into; być przyjętym na (Uniwersytet) Yale be accepted at l. by Yale (University); dostać się na wydział chemii get into the chemistry department; iść na przyjęcie/zebranie go to a party/meeting; iść na ryby go fishing; iść na spacer go for a walk; jechać na wycieczkę go on an excursion; wyskoczyć na miasto go out, go into town.15. ( w utarych zwrotach) na dobitkę to crown it all, to top it (all) off, on top of all that; na domiar złego to make matters worse; na przykład for example, for instance; jak na złość ironically; na zakończenie finally; na złamanie karku at breakneck speed l. pace, helter-skelter.16. ( w równoważnikach zdań) na pomoc! help!; na koń! mount up!; na zdrowie! ( toast) cheers!; ( odpowiedź na kichnięcie) bless you!prep.z przysłówkami, przymiotnikami i wyrazami nieodmiennymi3. ( sposób) na czczo on an empty stomach; na leżąco lying (down), reclining, prone; jajko na twardo hard-boiled egg; na wznak on the back.4. ( relacje przestrzenne) na zewnątrz (czegoś) outside (sth); na wprost (straight) on l. ahead; (= naprzeciw) opposite; na zachód/lewo ( o położeniu) to the west/left ( od czegoś of sth).5. ( w utartych zwrotach) wszystko na nic/na próżno (it's) all for nothing/in vain.The New English-Polish, Polish-English Kościuszko foundation dictionary > na
-
7 duro
adj.1 hard, hard-core, stiff, strong.2 hard, hard-boiled, hard-bitten, severe.3 hard, tough, difficult, rough.4 headstrong, unbending, obdurate.5 harsh, severe.adv.hard, with force.pres.indicat.1st person singular (yo) present indicative of spanish verb: durar.* * *► adjetivo1 hard3 (difícil) hard, difficult4 (cruel) tough, hardhearted, callous5 (resistente) strong, tough6 (obstinado) obstinate, stubborn1 (antiguamente) five pesetas; (moneda) five-peseta coin2 familiar tough guy► adverbio1 hard\ser duro,-a de mollera to be thick, be as thick as two short planks————————1 (antiguamente) five pesetas; (moneda) five-peseta coin2 familiar tough guy► adverbio1 hard* * *1. adv. 2. (f. - dura)adj.1) hard2) harsh3) rough* * *duro, -a1. ADJ1) (=resistente) [material, superficie, cama, agua] hard; [cable, alambre] stiff; [pan] hard, stale; [carne] tough; [legumbres] hard; [articulación, mecanismo] stiff; [músculo] firm, hard2) (=agresivo) [clima, tiempo, crítica] harsh, severe; [deporte, juego] rough; [ataque] fierce; [castigo, sentencia] severe, harsh; [carácter, actitud] toughfue un duro golpe para el partido — it was a severe o heavy blow to the party
una postura dura contra la droga — a tough stance o hard line against drugs
es muy duro con sus hijos — he's very strict o tough with his children
hay que tener mano dura con los estudiantes — you have to be firm o strict with students, students need a firm hand
3) (=difícil) [tarea, prueba, examen] hardel slálom es una prueba muy dura — the slalom is a very hard o tough race
lo tienes duro para aprobar — * it will be hard o difficult for you to pass
¡qué dura es la vida! — it's a hard life!
4) * (=torpe)es muy duro para las matemáticas — he's hopeless o no good at maths *
duro de mollera — dense *, dim *
duro de oído — (=medio sordo) hard of hearing; (Mús) tone deaf
5) Méx* (=borracho)2.ADV hardpégale o dale duro — hit him hard
3.SM (=cinco pesetas) five pesetas; (=moneda) five-peseta coinestar sin un duro — * to be broke *
- ¡lo que faltaba para el duro!- ¡y que te den dos duros!vender duros a tres pesetas —
cree que en Estados Unidos venden duros a tres pesetas — he thinks that in the States the streets are paved with gold
4. SM / F1) [en película, historia] tough characterse hizo el duro para disimular su tristeza — he acted the tough guy o hard man in order to hide his sadness
2) (Pol) hard-liner* * *I- ra adjetivo1) < mineral> hard; < material> hard, tough; <asiento/colchón> hard; < carne> tough; < músculo> hard; < pan> stale3)a) (severo, riguroso) < persona> harsh, hard; <castigo/palabras> harsh, severe; <crítica/ataque> harsh; < clima> harsh; < juego> rough, hardestuviste or fuiste demasiado duro con él — you were too hard on him
b) (difícil, penoso) <trabajo/vida> hard, toughestar duro — (Méx fam) ( poco probable) to be unlikely; ( muy difícil) to be tough
estar duro de pelar — (fam) < problema> to be tough o hard (colloq)
ser duro de pelar — (fam) < persona> to be a hard o tough nut to crack
4) (Per) ( tacaño) (fam) tight (colloq), stingy (colloq)IIadverbio (esp AmL) <trabajar/estudiar/llover> hardhable más duro — (Col, Ven) speak up!
reírse duro — (Col, Ven) to laugh loudly
agárrense duro — (Col, Ven) hold on tight
duro y parejo — (AmL fam) flat out
IIIdarle duro y parejo al trabajo — to work flat out
1) ( en España) (Hist) five-peseta coinestar sin un duro — (Esp fam) to be broke (colloq)
2)a) (fam) ( en películas) tough guyb) (Pol) hardliner* * *I- ra adjetivo1) < mineral> hard; < material> hard, tough; <asiento/colchón> hard; < carne> tough; < músculo> hard; < pan> stale3)a) (severo, riguroso) < persona> harsh, hard; <castigo/palabras> harsh, severe; <crítica/ataque> harsh; < clima> harsh; < juego> rough, hardestuviste or fuiste demasiado duro con él — you were too hard on him
b) (difícil, penoso) <trabajo/vida> hard, toughestar duro — (Méx fam) ( poco probable) to be unlikely; ( muy difícil) to be tough
estar duro de pelar — (fam) < problema> to be tough o hard (colloq)
ser duro de pelar — (fam) < persona> to be a hard o tough nut to crack
4) (Per) ( tacaño) (fam) tight (colloq), stingy (colloq)IIadverbio (esp AmL) <trabajar/estudiar/llover> hardhable más duro — (Col, Ven) speak up!
reírse duro — (Col, Ven) to laugh loudly
agárrense duro — (Col, Ven) hold on tight
duro y parejo — (AmL fam) flat out
IIIdarle duro y parejo al trabajo — to work flat out
1) ( en España) (Hist) five-peseta coinestar sin un duro — (Esp fam) to be broke (colloq)
2)a) (fam) ( en películas) tough guyb) (Pol) hardliner* * *duro11 = harsh [harsher -comp., harshest -sup.], severe [severer -comp., severest -sup.], stiff [stiffer -comp., stiffest -sup.], tough [tougher -comp., toughest -sup.], flinty [flintier -comp., flintiest -sup.], hard [harder -comp., hardest -sup.], stern, rough [rougher -comp., roughest -sup.], rugged, hard-nosed, unfeeling, tough-minded, hard-line, hardy [hardier -comp., hardiest -sup.], hard-wearing, gruelling [grueling, -USA].Ex: In this unhappy pattern SLIS are not being singled out for especially harsh treatment.
Ex: Obviously if it were not for the fact that such indexes also have severe limitations there would be little need to produce any other type of subject index.Ex: Ironically, however, the internal organisation walls librarians have built to categorise materials by format remain stiff and solid.Ex: As educators, then, we need to ask ourselves some very tough questions -- some to which we would rather not hear the answers.Ex: 'I wish she'd tell me when she asks one of my people to do something,' she added in the same flinty tone.Ex: The amount of stuffing in the balls was varied to suit the nature of the work; large, soft balls with weak ink were used for low-grade work; small, hard balls and strong ink for work of better quality.Ex: There are two good reasons for this stern rule.Ex: The changes for the latter group are going to be abrupt, and rough -- very revolutionary.Ex: The article 'Where no drive has gone before: ruggedized CD-ROM drives' provides examples of conditions where CD-ROM drives need to be particularly rugged (severe industrial conditions, severe shock and vibration conditions, and severe military conditions).Ex: Companies must adopt a hard-nosed attitude in judging the cost benefits of teletext.Ex: The discourteous, unfeeling, & degrading reception encountered by job applicants is discussed.Ex: Carnegie was a conservative, rigidly moralistic, and tough-minded individualist.Ex: Many school districts have adopted a hard-line approach to reducing unexcused absenteeism; in one such district, truancy rates were reduced 45 percent when truants and their parents were taken to court.Ex: These plants are often not as hardy when placed in the garden under less than hothouse conditions.Ex: The manufacturers of this type of artificial turf say that while the grass is soft and springy underfoot it is extremely tough and hard-wearing.Ex: He has become one of the first people in the world to complete a gruelling foot race involving four deserts on four different continents.* actuar duro = play + hardball.* a duras penas = with great difficulty.* arreglárselas a duras penas = muddle through.* avanzar a duras penas = flounder, grind on.* cara dura = impudence, effrontery, blatancy, shameless, shamelessness.* ciencias duras, las = hard sciences, the.* dar duro = pack + a wallop.* de línea dura = hard-line.* disco duro = hard disc.* dura realidad = fact of life, harsh reality.* duro como una piedra = rock-hard.* duro de corazón = hard-hearted.* duro de oído = hard-of-hearing.* duro despertar = rude awakening.* duro golpe = cruel blow.* duro revés = cruel blow.* edición en cubierta dura = hardcover.* edición en tapas duras = hardcover.* ganarse la vida a duras penas = eke out + a living, scratch (out) + a living, scrape + a living, eke out + an existence.* hacerse el duro = play it + cool, play + hard to get.* hueso duro = tough nut.* hueso duro de roer = uphill struggle, tough nut to crack, hard nut to crack.* huevo duro = hard-boiled egg.* la parte más dura de = brunt of, the.* libro impreso en pastas duras = board book.* madera dura = hardwood.* ¿mano blanda o mano dura? = the carrot vs. the stick.* mano blanda y mano dura = carrots and sticks.* mano dura = iron fist, iron hand.* más duro que la suela de un zapato = as tough as leather, as tough as nails, as tough as nuts, as tough as old boots, as tough as shoe leather.* más duro que una piedra = as tough as nuts, as tough as nails, as tough as leather, as tough as old boots, as tough as shoe leather.* paladar duro = hard palate.* pastas duras = hard cover.* personas que son duras de oído, las = hard of hearing, the.* pornografía dura = hard core pornography.* puro y duro = unvarnished.* recibir duras críticas = take + a pounding, take + a beating.* salir adelante a duras penas = eke out + a living, scratch (out) + a living, scrape + a living, eke out + an existence.* sector duro = hard sector.* tan duro como el pedernal = as hard as nails.* tan duro como la piedra = as hard as nails.* tan duro como la suela de un zapato = as tough as leather, as tough as nails, as tough as nuts, as tough as old boots, as tough as shoe leather.* tan duro como una piedra = as hard as nails, as tough as nuts, as tough as nails, as tough as leather, as tough as old boots, as tough as shoe leather.* tenerlo duro = not be easy.* tener un duro despertar = rude awakening + be in store.* trabajar duro = labour [labor, -USA], toil, slave away.* trabajo duro = hard graft, hard labour, thirsty work, hard work.duro2* dejar a Alguien sin un duro = take + Nombre + to the cleaners.* estar sin un duro = not have a bean.* faltar el canto de un duro para = by the skin of + Posesivo + teeth, come + very close to.* no tener un duro = not have a bean.* novela a duro = dime and nickel novel.* sin un duro = broke, down-and-out, skint, penniless.* * *A1 ‹mineral› hard; ‹material› hard, tough; ‹asiento/colchón› hard; ‹carne› tough; ‹músculo› hardlas zanahorias todavía están duras the carrots are still hard2 ‹pan›este pan está duro como una piedra this bread is rock-hardpan duro para rallar stale bread for making breadcrumbs3 (entumecido) ‹cuello/dedos› stiffestoy duro de frío ( fam); I'm frozen stiffB1 ‹luz/voz› harsh; ‹facciones› hard, harsh2 ‹agua› hardC1 (severo, riguroso) ‹persona› harsh, hard; ‹castigo/palabras› harsh, severe; ‹crítica/ataque› harsh; ‹clima› harshestuviste demasiado duro con él you were too hard on himuna postura más dura a tougher linelos defensores de la línea dura the hardliners, those who favor a tough stanceel equipo es famoso por su juego duro the team is notorious for its rough o hard playlo que hace falta aquí es una mano dura what's needed here is a firm hand2 (difícil, penoso) ‹trabajo/vida› hard, toughfue un golpe muy duro para ella it was a very hard o a terrible blow for hera las duras y a las maduras through thick and thin ( colloq)está duro que nos aumenten el sueldo it's unlikely that we'll get a pay riseser duro de pelar ( fam); ‹persona› to be a hard o tough nut to crackes duro para los idiomas he's useless at languages ( colloq)duro2( esp AmL) ‹trabajar/estudiar/llover› hard¡pégale duro! hit him hard!¡agárrate duro! hold on tight!le estamos dando duro we're working hard on itlos periódicos le dieron duro the newspapers gave him a rough ridehable más duro (Col, Ven); speak up!estábamos riéndonos muy duro (Col, Ven); we were laughing very loudlyagárrense duro (Col, Ven); hold on tightcorrimos bien duro (Col, Ven); we ran really fastdarle duro y parejo al trabajo to work flat outduro3A (en España) ( Hist) five-peseta coinB1 ( fam) (en películas) tough guy2 ( Pol) hardliner* * *
Del verbo durar: ( conjugate durar)
duro es:
1ª persona singular (yo) presente indicativo
duró es:
3ª persona singular (él/ella/usted) pretérito indicativo
Multiple Entries:
durar
duro
durar ( conjugate durar) verbo intransitivo
◊ ¿cuánto dura la película? how long is the film?
c) (Col, Ven) See Also→ demorar a
durarse verbo pronominal (Ven) See Also→
duro 1 -ra adjetivo
1 ( en general) hard;
‹ carne› tough;
‹ pan› stale;
2 ‹luz/voz› harsh;
‹ facciones› hard, harsh
3
‹ juego› rough, hard;
una postura más dura a tougher line
duro 2 adverbio (esp AmL) ‹trabajar/estudiar/llover› hard;
‹ hablar› (Col, Ven) loudly
duro 3 sustantivo masculino ( en España) (Hist) five-peseta coin
durar verbo intransitivo
1 to last
2 (ropa, calzado) to wear well, last
duro,-a
I adjetivo
1 hard: ... y también dos huevos duros,... and also two hard-boiled eggs
2 (insensible, intransigente) harsh, hard: su mirada era dura, her look was harsh
3 (violento, brusco) rough: aguanté una dura reprimenda, I endured a rough reprimand
II m (moneda) five-peseta coin
III adverbio hard
' duro' also found in these entries:
Spanish:
bregar
- canto
- disco
- dura
- durante
- edificación
- golpe
- huevo
- larga
- largo
- mollera
- oído
- pelar
- roer
- sobremesa
- suela
- tarugo
- aplastar
- entrado
- noviazgo
- pesado
- piedra
- rock
- tieso
English:
achieve
- blow
- broke
- celebration
- cold-hearted
- dammit
- disc
- disk
- easy
- elbow-grease
- empire
- exacting
- exertion
- graft
- grill
- gristle
- hard
- hard disk
- hard porn
- hard-boiled
- hard-core
- harsh
- hawkish
- lack
- last
- long
- nail
- not
- nougat
- nut
- penny
- punishing
- recognition
- rough
- rugged
- second
- severe
- slog
- stale
- stark
- stiff
- sweat
- thrive
- toil
- tough
- tough-minded
- arduous
- boil
- dense
- firm
* * *duro, -a♦ adj1. [objeto, material, superficie] hard;[carne] tough; [pan] stale;estas peras están todavía muy duras these pears are still hard o not ripe;Vulgponérsele dura a alguien: se me puso dura I got a hard-on;estar duro como una piedra to be rock-hard;más dura será la caída: cuanto más famosos se hagan, más dura será la caída the more famous they get, the worse it is when they fall from popularity;Famser duro de mollera [estúpido] to be thick in the head;[testarudo] to be pigheaded; Famser duro de oído to be hard of hearing2. [cerradura, grifo, mecanismo] stiff;los cajones van un poco duros the drawers are a bit stiff3. [agua] hard4. [penoso, inclemente] [clima, invierno] harsh, severe;[etapa, experiencia, vida] hard, tough;fue un golpe muy duro para todos it was a heavy blow for everybody;Famestar a las duras y a las maduras [sin rendirse] to be there through thick and thin;[sin quejarse] to take the rough with the smooth5. [severo, áspero] [persona, palabras, críticas] harsh, severe;[acciones, medidas, condena] harsh; [postura, sector] hard-line; [juego, partido] rough;estuvo muy duro con él he was very hard on him;el ala dura del partido the hard-line faction of the party;una entrada muy dura [de futbolista] a very hard tackle6. [fuerte, resistente] tough;un tipo duro a tough guy;Famser duro de pelar to be a hard nut to crack♦ nm1. [persona] tough guy;[en partido político] hardliner;hacerse el duro to act toughme debes 1.000 duros you owe me 5,000 pesetas;5 duros [moneda] 25-peseta coin;estar sin un duro to be flat broke;Fam¡lo que faltaba para el duro! that really is all we needed!;Fam♦ adv1. [mucho] hard;trabajar duro to work hardhablar duro to talk loudly;reír duro to laugh noisilynadan muy duro, es imposible alcanzarlos they're very strong swimmers, it's impossible to catch thempégale duro hit him hard* * *I adj2 clima, figharsh3:duro de oído fam hard of hearing;duro de corazón hard-hearted;ser duro de pelar be a tough nut to crackII adv hardIII m five peseta coin* * *duro adv: hardtrabajé tan duro: I worked so hardduro, -ra adj1) : hard, tough2) : harsh, severe* * *duro1 adj1. (en general) hard2. (carne, persona) tough3. (castigo, clima) harsh4. (pan) staleduro2 adv hardduro3 n five peseta coin -
8 hart
1) ( nicht weich) hard;ich schlafe auf einer härteren Matratze als du I sleep on a firmer mattress than you;dein Bett ist mir zu \hart your bed is too hard for me;eine Decke auf dem Fußboden wird ein \hartes Nachtlager sein a blanket on the floor will be a hard surface to sleep on;2) ( heftig) severe;ein \harter Aufprall a severe impact;ein \harter Ruck a severe jolt;ein \harter Winter a harsh [or severe] winter3) ( unmelodisch) harsh;4) ( vehement) violent;die Konflikte werden immer härter the conflicts are becoming increasingly violent6) ( brutal) violent;das war der härteste Film, den ich je gesehen habe that was the most violent film I have ever seen7) (abgehärtet, robust) tough;Söldner sind \harte Kerle mercenaries are tough fellows;\hart werden to become tough8) (stabil, sicher) stable;sie hat ihre Ersparnisse in \harten Währungen angelegt she invested her savings in hard currencies9) (streng, unerbittlich) hard;seine Mutter ist immer eine \harte Frau gewesen his mother has always been a hard woman;\hart mit jdm sein to be hard on sb10) ( schwer zu ertragen) cruel, hard;der Tod ihres Mannes war für sie ein \harter Schlag the death of her husband was a cruel blow for her; Zeiten hard; Realität harsh; Wahrheit harsh;\hart für jdn sein, dass... to be hard on sb that...;es war sehr \hart für sie, dass ihr gekündigt worden war it was very hard on her that she had been handed her notice [or had been fired];20 Jahre \harter Arbeit 20 years of hard work;die Tarifverhandlungen werden härter als gewohnt werden wage negotiations will be tougher than usualWENDUNGEN:\hart auf \hart gehen [o kommen] to come to the crunch;wir werden keinen Deut nachgeben, auch wenn es \hart auf \hart geht we're not going to give an inch, even if it comes to the crunch;\hart im Nehmen sein; ( beim Boxen) to be able to take a lot of punishment;dieser Boxer ist wirklich \hart im Nehmen! this boxer really can take a lot of punishment;( mit Schicksalsschlägen gut fertigwerden) to be resilient adv1) ( nicht weich) hard;der Boden ist bis in zwei Meter Tiefe \hart gefroren the ground is frozen solid to a depth of two metres;\hart gekocht attr hard-boiled;möchtest du ein weiches oder ein \hartes Ei? would you like a soft-boiled or hard-boiled egg?;\hart gesotten hard-bitten;ich schlafe lieber \hart I prefer to sleep on a firm surface2) ( heftig)bei dem Sturz ist er so \hart gefallen, dass er sich das Bein brach he had such a severe fall that he broke his leg;sie prallte \hart auf die Windschutzscheibe auf she hit the windscreen with tremendous force;\hart bedrängt Gegner strong, powerful3) ( rau) harshly;die Sprache klingt in europäischen Ohren ganz \hart the language sounds quite harsh to a European ear4) ( streng) severely;du verhältst dich ihr gegenüber zu \hart you're behaving too harshly towards her5) ( mühevoll) hard;wir werden in Zukunft noch härter arbeiten müssen we'll have to work even harder in future6) ( unmittelbar) close;\hart an etw dat close to sth;das Auto kam \hart an dem steilen Abhang zum Stehen the car came to a halt just before the steep slope; s. a. Grenze, WindWENDUNGEN:jdn \hart anfassen to treat sb severely;\hart aneinandergeraten to come to blows, to have a real set-to, to have a fierce argument;\hart gesotten hardened;er ist ein \hart gesottener Geschäftsmann, der alle Tricks kennt he's a hardened businessman who knows all the tricks;\hart durchgreifen to take tough [or rigorous] action;jdn \hart ankommen ( geh) to be hard for sb;auch wenn es mich \hart ankommt, ich muss bei meiner Entscheidung bleiben even if I find it hard I must stick by [or to] my decision;jdm \hart zusetzen to press sb hard;jdn \hart treffen to hit sb hard;der Tod seiner Frau hat ihn doch \hart getroffen the death of his wife has hit him very hard -
9 copa
f.1 glass.una copa de champán a champagne glass2 glass (contenido).una copa de vino a glass of winebeber una copa de más to have a drink too manyir de copas to go out drinking¿quieres (tomar) una copa? would you like (to have) a drink?3 cup.la copa del Mundo the World Cup4 top.5 crown.6 wineglass, wine glass, calix, glass drinking vessel for glassful.7 treetop, crown, top of a tree, top of tree.8 shot, alcoholic drink, drink.9 COPA, Parliamentary Conference of the Americas.pres.indicat.3rd person singular (él/ella/ello) present indicative of spanish verb: copar.imperat.2nd person singular (tú) Imperative of Spanish verb: copar.* * *■ ¿quieres una copa de vino? do you want a glass of wine?■ ¿te apetece una copa? do you fancy a drink?2 (de árbol) top3 (trofeo) cup4 (de sujetador) cup1 (naipes) hearts\convidar a una copa to treat to a drinkir con una copa de más to have had one too manyir de copas to go out drinking, go on a pub crawlllevar una copa de más to have had one too manytomar una copa to have a drink* * *noun f.1) cup2) drink3) glass* * *SF1) (=recipiente) [para bebidas] glass; [para postres] dessert glasshuevo a la copa — And, Cono Sur boiled egg
copa balón — balloon glass, brandy glass
2) (=contenido) drinkir(se) o salir de copas — to go out for a drink
3) [de árbol] top, crown4) (Dep) (=trofeo, competición) cupCopa del Rey — Esp Spanish FA Cup
Copa Libertadores — LAm Latin American inter-national cup
5) pl copas (Naipes) one of the suits in Spanish card deck, represented by a gobletSee:ver nota culturelle BARAJA ESPAÑOLA in baraja6) [de sombrero] crownsombrero 1)7) [de sujetador] cup8) And (Aut) hubcap* * *1)a) ( para vino) glass ( with a stem); ( para postres) parfait dishb) ( contenido) drinklleva or tiene unas copas de más — he's had one o a few too many (colloq)
eso me/le llenó la copa — (Col) that was the last straw
irse de copas — (fam) to go out for a drink
2) (Dep) cup3)a) ( de árbol) top, crownb) ( de un sostén) cupc) ( de sombrero) crown* * *1)a) ( para vino) glass ( with a stem); ( para postres) parfait dishb) ( contenido) drinklleva or tiene unas copas de más — he's had one o a few too many (colloq)
eso me/le llenó la copa — (Col) that was the last straw
irse de copas — (fam) to go out for a drink
2) (Dep) cup3)a) ( de árbol) top, crownb) ( de un sostén) cupc) ( de sombrero) crown* * *copa11 = cup, glass, goblet, tipple, wine glass, tot.Ex: The usual culprit in this case is the cup of coffee placed on top of the drive unit.
Ex: This city tour will end at the TV tower of Berlin to watch the colours of the city changing when the sun sets while enjoying a glass of German sparkling wine.Ex: The author discusses the historical significance of the goblets, identified as chalices, which were found in late Byzantine graves.Ex: Anybody who enjoys a tipple will love a hip flask -- a real winter warmer!.Ex: He obviously said something offensive because she then glassed him in the face with her wine glass.Ex: So if you want to take a tot or two of tequila or several margaritas with your meals, you now have a scientific excuse.* bar de copas = martini bar.* con otra copa de lo mismo se te cura la resaca = a hair of the dog that bit you.* copa de coñac = balloon glass.* copa de helado = ice cream sundae, sundae.* copa de succión = suction cup.* copa de vino = glass of wine.* copa para el vino = wine glass.* ir de copas = go for + a drink.* salir a tomar una copa = go out for + a drink.* salir de copas = go out for + a drink.* tomar copas = tipple.copa22 = top.Ex: They all have space at the top for a key word and the index is arranged in alphabetical order by keyword.
* cubierta formada por las copas de los árboles = canopy, overstorey [overstory, -USA].* en la copa del árbol = at the top of the tree.* la copa del árbol = the top of the tree.COPA3 (Comité de las Organizaciones de Productores Agrícolas)Ex: Pride of place must go to the Committee of Agricultural Produce Organizations (COPA) of which the United Kingdom member is the National Farmer's Union (NFU).
* * *Ame llenó la copa de vino he filled my glass with wine2(contenido): ¿quieres una copita de jerez? would you like a (glass of) sherry?me invitó a una copa he bought me a drinkvamos a tomar una(s) copa(s) let's go for a drinklleva or tiene unas copas de más he's had a bit too much to drink, he's had one o a few too many ( colloq)eso me/le llenó la copa ( Col); that was the last strawirse de copas ( fam); to go out for a drinkCompuestos:balloon glass● copa de champán or champañachampagne glass; (alargada) champagne flutebrandy glassice cream sundaesherry glasswineglasschampagne fluteice cream sundaetulip glassB ( Dep) cupCompuestos:European Cup(en Esp) King's CupUEFA CupC1 (de un árbol) top, crowncomo la copa de un pino: es una estafa como la copa de un pino it's a huge swindleun músico como la copa de un pino a truly great musicianuna mentira como la copa de un pino a whopping great lie ( colloq)2 (de un sostén) cup3 (de un sombrero) crown* * *
Del verbo copar: ( conjugate copar)
copa es:
3ª persona singular (él/ella/usted) presente indicativo2ª persona singular (tú) imperativo
Multiple Entries:
copa
copar
copa sustantivo femenino
1
( para postres) parfait dish;
( para helado) sundae dish;◊ copa de champán/coñac champagne/brandy glass;
copa de vino wineglass
2 (Dep) cup
3
4
copa sustantivo femenino
1 (de vino, etc) glass
2 (trago, bebida) drink
tomar una copa, to have a drink
3 Dep cup
4 (de un árbol) top
5 Naipes copas, hearts
' copa' also found in these entries:
Spanish:
colmar
- pequeña
- pequeño
- pie
- sana
- sano
- sobria
- sobrio
- sombrero
- apurar
- final
- huevo
- invitar
- levantar
- lleno
- mano
- tintín
- voltear
- vuelta
English:
beeline
- crown
- cup
- drink
- eight
- glass
- goblet
- pass round
- pour
- raise
- refill
- short
- stand
- stem
- top
- wineglass
- aloft
- pre-
- standing
- tree
- wine
- world
* * *copa nf1. [recipiente] glasscopa alta tall glass;copa de champán champagne glass;copa de coñac brandy glass2. [contenido] glass;una copa de vino a glass of wine;beber una copa de más to have a drink too many;ir de copas to go out drinking;¿quieres (tomar) una copa? would you like (to have) a drink?copa de helado ice cream [as dessert in restaurant]3. [de árbol] top;como la copa de un pino: una mentira como la copa de un pino a whopper (of a lie);un penalti como la copa de un pino a blatant penalty4. [trofeo, competición] cupla Copa América [en fútbol] = international soccer championship held every two years between South American nations;la Copa del América [de vela] the America's Cup;la Copa Davis the Davis Cup;la Copa de Europa the European Cup;la Copa Federación [en tenis] the Federation Cup;la Copa Intercontinental World Club Championship;la Copa Libertadores = South American club soccer competition;la Copa del Mundo the World Cup;la Copa del Rey = Spanish club soccer competition, Br ≈ the FA Cup;la Copa de la UEFA the UEFA Cup5. [de sombrero] crown6. [de sostén] cup7. [naipe] = any card in the “copas” suit8.copas [palo] = suit in Spanish deck of cards, with the symbol of a goblet* * *ftomar una copa have a drink;ir de copas go out for a drink;beber unas copas de más fam have one too many fam ;levantar la copa raise one’s glass2 DEP cup3:* * *copa nf1) : wineglass, goblet2) : drinkirse de copas: to go out drinking3) : cup, trophy* * *copa n2. (bebida) drink3. (de árbol) top4. (competición deportiva, trofeo) cup -
10 pasado
adj.1 last, prior.2 past, bygone, down-the-road, gone-by.3 stale, gamey.4 past, distant, remote.m.1 past, time before right now.2 past, yore, ancient times, yesterday.3 past, track record, antecedents.4 past, past tense.past part.past participle of spanish verb: pasar.* * *1 (tiempo) past2 LINGÚÍSTICA past, past tense————————1→ link=pasar pasar► adjetivo1 past, gone by2 (año, semana, etc) last3 (después) after4 (estropeado) bad1 (tiempo) past2 LINGÚÍSTICA past, past tense\estar muy pasado,-a argot to be really out of itpasado,-a de moda out of date, out of fashion, old-fashionedpasado mañana the day after tomorrow* * *1. noun m. 2. (f. - pasada)adj.1) past2) out-of-date, old-fashioned3) bad, spoiled* * *1. ADJ1) [tiempo]- lo pasado, pasado está2) (Culin) (=en mal estado) [pan] stale; [fruta] overripe3) (Culin) (=muy hecho) [carne] overdone; [arroz, pasta] overcooked4) (=no actual) [ropa, zapatos] old-fashioned; [noticia] stale; [idea] [costumbre] antiquated, out-of-date5) (=muy usado) wornestar pasado de vueltas o de rosca — [grifo, tuerca] to be worn; [persona] to have seen it all before
6) [belleza] faded7) ** (=borracho, drogado)2. SM1)- el pasado, pasado está2) [de persona] past3) (Ling) past (tense)* * *I- da adjetivo1) ( en expresiones de tiempo)el año/sábado pasado — last year/Saturday
en tiempos pasados — in days gone by, in bygone days (liter)
lo pasado, pasado está — (fr hecha) what's done is done, let bygones be bygones
son las cinco pasadas — it's after o past five o'clock
2)a) ( anticuado) old-fashioned, passéb) ( raído) worn-out3) < fruta> overripe; <arroz/pastas> overcookedel pescado está pasado — the fish is bad o (BrE) is off
el filete muy pasado, por favor — I'd like my steak well done
4) (arg) < persona> stoned (colloq)IIa) ( época pasada) pastb) (Ling) past (tense)* * *= past, spent.Ex. Scanning must start to the left of the bar codes and must continue past the right end.Ex. If you repeatedly deadhead - trim off the spent flowers - the plant goes into overdrive.----* anclado en el pasado = stuck in the past.* año pasado, el = last year.* aprender del pasado = learn from + the past.* decir adiós al pasado = bid + farewell + to the past.* del pasado = has-been, of the past, bygone, of yesteryear, gone by.* de pasada = in passing.* deshacer el pasado = undo + the past.* durante el año pasado = over the past year.* el mes pasado = last month.* en el pasado = in the past, in past eras, at some point in the past, in years gone by, in days gone by, in former times.* en el pasado remoto = in the dim and distant past.* en un pasado muy lejano = in the dim and distant past.* en un pasado no muy distante = in the not too distant past.* en un pasado no muy lejano = in the not too distant past.* en un pasado oscuro y lejano = in the dim and distant past.* época pasada = bygone era.* evocación del pasado = stroll down memory lane.* hecho como de pasada = throwaway.* hurgar en el pasado de Alguien = delve into + Posesivo + past.* imagen del pasado = flashback [flash back].* indagar el pasado de Alguien = delve into + Posesivo + past.* la semana pasada = last week.* lo pasado pasado está = let bygones be bygones.* mejorar el pasado = improve on + the past.* no añorar el pasado = never + look back.* olvidar el pasado = let bygones be bygones, forget + the past.* pasado accidentado = chequered history, chequered past.* pasado actual, el = living past, the.* pasado delictivo = criminal past.* pasado de moda = passé, out of vogue, out of fashion, out of style.* pasado, el = past, the, yesteryear.* pasado el mejor momento de Alguien = past + Posesivo + prime.* pasado ficticio = imaginary past.* pasado imaginario = imaginary past.* pasado irregular = chequered history, chequered past.* pasado lejano, el = distant past, the.* pasado mañana = the day after tomorrow.* pasado reciente, el = recent past, the.* pasado turbulento = chequered history, chequered past.* pasado un punto = beyond a certain point, beyond a point.* pensar en el pasado = look back.* pertenecer al pasado = be a thing of the past, become + a thing of the past.* recordar el pasado = take + a trip down memory lane, stroll down + memory lane, take + a stroll down memory lane.* recuerdo del pasado = flashback [flash back].* reliquia del pasado = relic of the past.* rememoración del pasado = stroll down memory lane.* rememorar el pasado = take + a trip down memory lane, stroll down + memory lane, take + a stroll down memory lane.* reminiscencia del pasado = stroll down memory lane.* ruptura con el pasado = break with the past, break from the past.* tiro pasado = passing shot.* un pasado oscuro = a dark past.* vida pasada = previous life.* volver al pasado = turn + the clock back.* * *I- da adjetivo1) ( en expresiones de tiempo)el año/sábado pasado — last year/Saturday
en tiempos pasados — in days gone by, in bygone days (liter)
lo pasado, pasado está — (fr hecha) what's done is done, let bygones be bygones
son las cinco pasadas — it's after o past five o'clock
2)a) ( anticuado) old-fashioned, passéb) ( raído) worn-out3) < fruta> overripe; <arroz/pastas> overcookedel pescado está pasado — the fish is bad o (BrE) is off
el filete muy pasado, por favor — I'd like my steak well done
4) (arg) < persona> stoned (colloq)IIa) ( época pasada) pastb) (Ling) past (tense)* * *el pasado(n.) = past, the, yesteryearEx: While the reading habits of the elite form the leading edge of intellectual thought, the vast majority of humanity have had, in the past as well as the present, different habits and aims.
Ex: Ferreting out amazing treasures from yesteryear, antique dealers buy, sell or trade in a wide range of collectables.= past, spent.Ex: Scanning must start to the left of the bar codes and must continue past the right end.
Ex: If you repeatedly deadhead - trim off the spent flowers - the plant goes into overdrive.* anclado en el pasado = stuck in the past.* año pasado, el = last year.* aprender del pasado = learn from + the past.* decir adiós al pasado = bid + farewell + to the past.* del pasado = has-been, of the past, bygone, of yesteryear, gone by.* de pasada = in passing.* deshacer el pasado = undo + the past.* durante el año pasado = over the past year.* el mes pasado = last month.* en el pasado = in the past, in past eras, at some point in the past, in years gone by, in days gone by, in former times.* en el pasado remoto = in the dim and distant past.* en un pasado muy lejano = in the dim and distant past.* en un pasado no muy distante = in the not too distant past.* en un pasado no muy lejano = in the not too distant past.* en un pasado oscuro y lejano = in the dim and distant past.* época pasada = bygone era.* evocación del pasado = stroll down memory lane.* hecho como de pasada = throwaway.* hurgar en el pasado de Alguien = delve into + Posesivo + past.* imagen del pasado = flashback [flash back].* indagar el pasado de Alguien = delve into + Posesivo + past.* la semana pasada = last week.* lo pasado pasado está = let bygones be bygones.* mejorar el pasado = improve on + the past.* no añorar el pasado = never + look back.* olvidar el pasado = let bygones be bygones, forget + the past.* pasado accidentado = chequered history, chequered past.* pasado actual, el = living past, the.* pasado delictivo = criminal past.* pasado de moda = passé, out of vogue, out of fashion, out of style.* pasado, el = past, the, yesteryear.* pasado el mejor momento de Alguien = past + Posesivo + prime.* pasado ficticio = imaginary past.* pasado imaginario = imaginary past.* pasado irregular = chequered history, chequered past.* pasado lejano, el = distant past, the.* pasado mañana = the day after tomorrow.* pasado reciente, el = recent past, the.* pasado turbulento = chequered history, chequered past.* pasado un punto = beyond a certain point, beyond a point.* pensar en el pasado = look back.* pertenecer al pasado = be a thing of the past, become + a thing of the past.* recordar el pasado = take + a trip down memory lane, stroll down + memory lane, take + a stroll down memory lane.* recuerdo del pasado = flashback [flash back].* reliquia del pasado = relic of the past.* rememoración del pasado = stroll down memory lane.* rememorar el pasado = take + a trip down memory lane, stroll down + memory lane, take + a stroll down memory lane.* reminiscencia del pasado = stroll down memory lane.* ruptura con el pasado = break with the past, break from the past.* tiro pasado = passing shot.* un pasado oscuro = a dark past.* vida pasada = previous life.* volver al pasado = turn + the clock back.* * *A(en expresiones de tiempo): el año/mes/sábado pasado last year/month/Saturdayel recital tuvo lugar el pasado día 14 the recital took place on the 14thla visita real que tuvo lugar en días pasados the royal visit which took place a few days agocomo era la costumbre en tiempos pasados as was the custom in days gone by o ( liter) in bygone dayslo pasado, pasado está ( fr hecha); what's done is done, let bygones be bygonespasados dos o tres días volvió she came back after two or three dayspasadas las tres de la tarde (sometime) after three o'clock in the afternoonB1 (anticuado) passé, old-fashionedtodo lo que lleva es de lo más pasado all her clothes are so passé o old-fashioned2 (gastado, raído) worn-outesos zapatos están muy pasados those shoes are worn out, those shoes have seen better days ( colloq hum)los codos de la chaqueta están pasados the jacket has gone o worn through at the elbowsD1 ‹fruta› overripela leche está pasada the milk is off o sour2 ‹arroz/pastas› overcookedel filete muy pasado, por favor I'd like my steak well done please1 (época pasada) pasttenemos que olvidar el pasado we must forget the pasteso pertenece al pasado that's all in the pasta causa de su pasado político because of her political background2 ( Ling) past, past tense* * *
Del verbo pasar: ( conjugate pasar)
pasado es:
el participio
Multiple Entries:
pasado
pasar
pasado 1◊ -da adjetivo
1 ( en expresiones de tiempo):◊ el año/sábado pasado last year/Saturday;
pasados dos días after two days;
son las cinco pasadas it's after o past five o'clock;
pasado mañana the day after tomorrow
2 ( anticuado) tb
3 ‹ fruta› overripe;
‹arroz/pastas› overcooked;
‹ leche› sour;
el filete muy pasado, por favor I'd like my steak well done
pasado 2 sustantivo masculino
b) (Ling) past (tense)
pasar ( conjugate pasar) verbo intransitivo
1
◊ no ha pasado ni un taxi not one taxi has come/gone past;
los otros coches no podían pasado the other cars weren't able to get past;
no dejan pasado a nadie they're not letting anyone through;
pasado de largo to go right o straight past;
pasado por la aduana to go through customs;
es un vuelo directo, no pasa por Miami it's a direct flight, it doesn't go via Miami;
¿este autobús pasa por el museo? does this bus go past the museum?;
pasamos por delante de su casa we went past her house;
pasaba por aquí y … I was just passing by o I was in the area and …b) ( deteniéndose en un lugar):◊ ¿podríamos pasado por el banco? can we stop off at the bank?;
pasa un día por casa why don't you drop o come by the house sometime?;
puede pasado a recogerlo mañana you can come and pick it up tomorrow
[ humedad] to go through from one side to the otherd) ( caber):
2 ( entrar — acercándose al hablante) to come in;
(— alejándose del hablante) to go in;◊ pase, por favor please, do come in;
¡que pase el siguiente! next, please!;
haga pasado al Sr Díaz show Mr Díaz in please
3
b) ( comunicar):
( en otro teléfono) I'll put you through to Javier
4a) (Educ) to pass;◊ pasado de curso to get through o pass one's end-of-year examsb) ( ser aceptable):◊ no está perfecto, pero puede pasado it's not perfect, but it'll do;
por esta vez, (que) pase I'll let it pass o go this time
5
a) ( ser tenido por):
ver tb hacerse II 3
( suceder) to happen;
lo que pasa es que… the thing o the problem is …;
pase lo que pase whatever happens, come what may;
siempre pasa igual or lo mismo it's always the same;
¿qué pasa? what's the matter?, what's up? (colloq);
¿qué te pasa? what's the matter with you?;
¿qué te pasó en el ojo? what happened to your eye?;
¿qué le pasa a la tele? what's wrong with the TV?;
eso le pasa a cualquiera that can happen to anybody;
no le pasó nada nothing happened to him
1 ( transcurrir) [tiempo/años] to pass, go by;◊ pasadoon muchos años many years went by o passed;
ya han pasado dos horas it's been two hours now;
un año pasa muy rápido a year goes very quickly;
¡cómo pasa el tiempo! doesn't time fly!
2 ( cesar) [crisis/mal momento] to be over;
[ efecto] to wear off;
[ dolor] to go away
3 ( arreglárselas) pasado sin algo to manage without sth
verbo transitivo
1
‹pueblo/ciudad› to go through
2a) ( hacer atravesar) pasado algo POR algo to put sth through sth;
(— ilegalmente) to smuggle
3 ( hacer recorrer):
pásale un trapo al piso give the floor a quick wipe;
hay que pasadole una plancha it needs a quick iron
4 (exhibir, mostrar) ‹película/anuncio› to show
5 ‹examen/prueba› to pass
6 ‹página/hoja› to turn;
‹tema/punto› to leave out, omit
1 (entregar, hacer llegar):
¿me pasas el martillo? can you pass me the hammer?
2 ( contagiar) to give, to pass on
1
fuimos a Toledo a pasado el día we went to Toledo for the dayb) ( con idea de continuidad):
pasa todo el día al teléfono she spends all day on the phone
◊ ¿qué tal lo pasaste en la fiesta? did you have a good time at the party?, did you enjoy the party?;
lo pasé mal I didn't enjoy myself
2 (sufrir, padecer) ‹penalidades/desgracias› to go through, to suffer;◊ pasé mucho miedo/frío I was very frightened/cold
pasarse verbo pronominal
1 ( cambiarse):
2
esta vez te has pasado (fam) you've gone too far this time
¿podrías pasadote por el mercado? could you go down to the market?
3
[carne/pescado] to go off, go bad;
[ leche] to go off, go sour
1
[ dolor] to go away;
(+ me/te/le etc)◊ ya se me pasó el dolor the pain's gone o eased now;
espera a que se le pase el enojo wait until he's calmed o cooled downb) ( transcurrir):
ver tb pasar verbo transitivo III 1
2 (+ me/te/le etc)a) ( olvidarse):
b) ( dejar escapar):
pasado,-a
I adjetivo
1 (último) last
2 (sin actualidad, trasnochado) old-fashioned: le di un número pasado de la revista, I gave him a back number of the magazine
3 (estropeado, podrido) bad: creo que esta carne está pasada, I think this meat is off
4 Culin cooked
un filete poco pasado, a rare steak 5 pasado mañana, the day after tomorrow
II sustantivo masculino past: no puede recordar el pasado más reciente, he's got a bad short-term memory
tiene un oscuro pasado, his past is a mystery
pasar
I verbo transitivo
1 to pass
2 (trasladar) to move
3 (dar) to pass, give: no me pasó el recado, he didn't give me the message
4 (hojas de libro) to turn
5 (el tiempo, la vida) to spend, pass
6 (soportar, sufrir) to suffer, endure: está pasando una crisis personal, she's going through a personal crisis
pasamos sed y calor, we suffered thirst and heat
7 (río, calle, frontera) to cross
8 (tragar) to swallow
9 (tolerar, aguantar) to bear
10 (introducir) to insert, put through
11 (un examen, una eliminatoria) to pass
12 Cine to run, show: este sábado pasan Ben Hur, they're putting Ben Hur on this Saturday
II verbo intransitivo
1 to pass: ¿a qué hora pasa el tren?, what time does the train pass?
Cervantes pasó por aquí, Cervantes passed this way
ya pasó, it has already passed
pasar de largo, to go by (without stopping)
2 (entrar) to come in
3 (ser tolerable) to be acceptable: no está mal, puede pasar, it isn't bad, it will do
4 (exceder) to surpass: no pases de los 70 km/h, don't exceed 70 km/h
5 (a otro asunto) to go on to
pasar a ser, to become
6 (tiempo) to pass, go by
7 (arreglarse, apañarse) pasar sin, to do without: puedo pasar sin coche, I can manage without a car
8 fam (no tener interés, prescindir) pasa de lo que digan, don't mind what they say
paso de ir al cine, I'll give the cinema a miss
9 (suceder) to happen: ¿qué pasa?, what's going on?
¿qué le pasa?, what's the matter with him?
pase lo que pase, whatever happens o come what may
♦ Locuciones: pasar algo a limpio, to make a fair copy of sthg
pasarlo bien/mal, to have a good/difficult time
pasar por, to put up with: paso por que me digas que estoy gorda, pero no pienso tolerar que me amargues cada comida, I can handle you calling me fat, but I'm not having you ruin every single meal for me
pasar por alto, to overlook: pasaré por alto esa observación, I'll just ignore that remark
' pasado' also found in these entries:
Spanish:
año
- añorar
- antigua
- antiguo
- atrincherarse
- caduca
- caduco
- desempolvar
- devengar
- enfado
- exposición
- exterior
- fecha
- guerrear
- honrosa
- honroso
- huevo
- inspección
- mañana
- moda
- oscura
- oscuro
- pasada
- poder
- preferir
- recién
- recordar
- renegar
- revolver
- romper
- soler
- trasnochada
- trasnochado
- volver
- ya
- accidentado
- atrasado
- calamidad
- comparación
- el
- hurgar
- luego
- lunes
- menos
- mes
- olvidar
- participio
- pasar
- remover
- rosca
English:
after
- ago
- appreciate
- beyond
- block out
- break with
- bumper
- bygone
- clarify
- climbing
- come out
- dated
- day
- day off
- deprivation
- dissociate
- disturbance
- do
- downturn
- expatriate
- forget
- free
- glance
- go
- go over to
- go through
- guess
- hand down
- lie
- move away
- murky
- notice
- now
- old-fashioned
- on
- ordeal
- out
- outmoded
- part
- past
- public
- rake up
- recapture
- remember
- remnant
- retrace
- shady
- sit about
- sit around
- soggy
* * *pasado, -a♦ adj1. [terminado] past;pasado un año a year later;son las nueve pasadas it's gone nine (o'clock);se pusieron en marcha pasada la medianoche it was past o gone midnight when they set off;lo pasado, pasado está let bygones be bygones;Amlo pasado, pisado let bygones be bygones2. [último] last;el año/mes pasado last year/month;ocurrió el pasado martes it happened last Tuesday3. [podrido] off, bad4. [muy hecho] [pasta] overcooked;[filete, carne] overdone5. [anticuado] old-fashioned, out-of-date7. CompFam♦ nm1. [tiempo] past;tiene un pasado muy sospechoso he has a very suspect past2. Gram past (tense);en pasado in the past (tense)* * *I adj tiempo last;el lunes pasado last Monday;pasado de moda old-fashionedII m past* * *pasado, -da adj1) : pastel año pasado: last yearpasado mañana: the day after tomorrowpasadas las siete: after seven o'clock2) : stale, bad, overripe3) : old-fashioned, out-of-date4) : overripe, slightly spoiledpasado nm: past* * *pasado1 adj1. (último) last2. (anterior) past3. (estropeado) bad / offpasado2 n1. (tiempo anterior) past2. (tiempo verbal) past / past tense -
11 like
I
1.
adjective(the same or similar: They're as like as two peas.) parecido, igual
2. preposition(the same as or similar to; in the same or a similar way as: He climbs like a cat; She is like her mother.) como
3. noun(someone or something which is the same or as good etc as another: You won't see his like / their like again.) cosa igual
4. conjunction((especially American) in the same or a similar way as: No-one does it like he does.) como- likely- likelihood
- liken
- likeness
- likewise
- like-minded
- a likely story!
- as likely as not
- be like someone
- feel like
- he is likely to
- look like
- not likely!
II
verb1) (to be pleased with; to find pleasant or agreeable: I like him very much; I like the way you've decorated this room.) gustar2) (to enjoy: I like gardening.) gustar•- likeable- likable
- liking
- should/would like
- take a liking to
like1 prep como / igual quelike2 vb gustardo you like swimming? ¿te gusta nadar?tr[laɪk]1 (the same as) como■ what's the new boss like? ¿cómo es el nuevo jefe?2 (typical of) propio,-a de3 familiar como1 (such as) como2 formal use semejante, parecido,-a1 familiar (as it were) pues■ so I thought, like, what'll happen next? y yo pensé, pues, ¿qué pasará ahora?1 familiar como1 algo parecido\SMALLIDIOMATIC EXPRESSION/SMALLand the like y cosas así(as) like as not familiar seguramenteto be as like as two peas in a pod ser como dos gotas de agualike enough familiar seguramentelike father, like son de tal palo tal astillathat's more like it! familiar ¡eso está mejor!, ¡así me gusta!to look like somebody parecerse a alguiento look like something parecer algosomething like that algo así, algo por el estiloto be of like mind formal use ser del mismo parecerto feel like tener ganas de————————tr[laɪk]1 (enjoy) gustar■ how do you like Barcelona? ¿te gusta Barcelona?2 (want) querer, gustar■ would you like me to leave? ¿quieres que me vaya?■ how would you like your egg, boiled or fried? ¿cómo quieres el huevo, pasado por agua o frito?1 querer1 gustos nombre masculino plural\SMALLIDIOMATIC EXPRESSION/SMALLto like something better preferir algowhether you like it or not quieras o no (quieras), a la fuerza1) : agradar, gustarle (algo a uno)he likes rice: le gusta el arrozshe doesn't like flowers: a ella no le gustan las floresI like you: me caes bien2) want: querer, desearI'd like a hamburger: quiero una hamburguesahe would like more help: le gustaría tener más ayudalike vi: quererdo as you like: haz lo que quieraslike adj: parecido, semejante, similarlike n1) preference: preferencia f, gusto m2)the like : cosa f parecida, cosas fpl por el estiloI've never seen the like: nunca he visto cosa parecidalike conj1) as if: como sithey looked at me like I was crazy: se me quedaron mirando como si estuviera loca2) as: como, igual queshe doesn't love you like I do: ella no te quiere como yolike prep1) : como, parecido ashe acts like my mother: se comporta como mi madrehe looks like me: se parece a mí2) : propio de, típico dethat's just like her: eso es muy típico de ella3) : comoanimals like cows: animales como vacas4)like this, like that : asído it like that: hazlo asíadj.• parecido, -a adj.• parejo, -a adj.• semejante adj.• vecino, -a adj.adv.• como adv.• del mismo modo adv.n.• semejante s.m.v.• bienquerer v.(§pret: -quis-) fut/c: -querr-•)• gustar v.• querer v.(§pret: quis-) fut/c: querr-•)
I
1. laɪk1) (enjoy, be fond of)I/we like tennis — me/nos gusta el tenis
she likes him, but she doesn't love him — le resulta simpático pero no lo quiere
how do you like my dress? — ¿qué te parece mi vestido?
how would you like an ice-cream? — ¿quieres or (Esp tb) te apetece un helado?
I like it! — ( joke) muy bueno!; ( suggestion) buena idea!
I like that! — (iro) muy bonito! (iró), habráse visto!
do as o what you like — haz lo que quieras or lo que te parezca
to like -ING/to + INF: I like dancing me gusta bailar; she likes to have breakfast before eight le gusta desayunar antes de las ocho; I don't like to mention it, but... no me gusta (tener que) decírtelo pero...; to like somebody to + INF: we like him to write to us every so often — nos gusta que nos escriba de vez en cuando
2) (in requests, wishes) querer*would you like a cup of tea/me to help you? — ¿quieres una taza de té/que te ayude?
I'd like two melons, please — (me da) dos melones, por favor
2.
vi querer*if you like — si quieres, si te parece
II
1) ( something liked)her/his likes and dislikes — sus preferencias or gustos, lo que le gusta y no le gusta
2) (similar thing, person)the like: judges, lawyers and the like jueces, abogados y (otra) gente or (otras) personas por el estilo; I've never seen/heard the like (of this) nunca he visto/oído cosa igual; he doesn't mix with the likes of me/us — (colloq) no se codea con gente como yo/nosotros
III
adjective (dated or frml) parecido, similarpeople of like minds — gente f con ideas afines; pea
IV
1)a) ( similar to) comoshe's very like her mother — se parece mucho or es muy parecida a su madre
try this one - now, that's more like it! — prueba éste - ah, esto ya es otra cosa
come on, stop crying!... that's more like it! — vamos, para de llorar... ahí está! or así me gusta!
what's the food like? — ¿cómo or (fam) qué tal es la comida?
it cost £20, or something like that — costó 20 libras o algo así or o algo por el estilo
b) ( typical of)it's just like you to think of food — típico! or cuándo no! tú pensando en comida!
2) ( indicating manner)like this/that — así
3) (such as, for example) comodon't do anything silly, like running away — no vayas a hacer una tontería, como escaparte por ejemplo
V
conjunction (crit)a) ( as if)she looks like she knows what she's doing — parece que or da la impresión de que sabe lo que hace
b) (as, in same way) como
VI
a) ( likely)as like as not, she won't come — lo más probable es que no venga
b) ( nearly)this film is nothing like as good as the first — esta película no es tan buena como la primera ni mucho menos
I [laɪk]1.ADJ frm (=similar) parecido, semejantesnakes, lizards and like creatures — serpientes fpl, lagartos mpl y criaturas fpl parecidas or semejantes
he was very intolerant towards people not of a like mind — era muy intransigente con las personas que no le daban la razón
- they are as like as two peas2. PREP1) (=similar to) comowhat's he like? — ¿cómo es (él)?
you know what she's like — ya la conoces, ya sabes cómo es
what's Spain like? — ¿cómo es España?
what's the weather like? — ¿qué tiempo hace?
a house like mine — una casa como la mía, una casa parecida a la mía
I found one like it — encontré uno parecido or igual
we heard a noise like someone sneezing — nos pareció oír a alguien estornudar, oímos como un estornudo
•
I never saw anything like it — nunca he visto cosa igual or semejante•
what's he like as a teacher? — ¿qué tal es como profesor?•
to be like sth/sb — parecerse a algo/algn, ser parecido a algo/algnyou're so like your father — (in looks, character) te pareces mucho a tu padre, eres muy parecido a tu padre
•
it was more like a prison than a house — se parecía más a una cárcel que a una casawhy can't you be more like your sister? — ¿por qué no aprendes de tu hermana?
that's more like it! * — ¡así está mejor!, ¡así me gusta!
•
there's nothing like real silk — no hay nada como la seda natural•
something like that — algo así, algo por el estiloI was thinking of giving her something like a doll — pensaba en regalarle algo así como una muñeca, pensaba en regalarle una muñeca o algo por el estilo
they earn something like £50,000 a year — ganan alrededor de 50.000 libras al año
feel 2., 3), look 2., 4), smell 3., 1), sound I, 3., 2), a), taste 3.•
people like that can't be trusted — esa clase or ese tipo de gente no es de fiar2) (=typical of)isn't it just like him! — ¡no cambia!, ¡eso es típico de él!
(it's) just like you to grab the last cake! — ¡qué típico que tomes or (Sp) cojas tú el último pastelito!
3) (=similarly to) comolike me, he is fond of Brahms — igual que a mí, le gusta Brahms
•
just like anybody else — igual que cualquier otroit wasn't like that — no fue así, no ocurrió así
anything, crazy 1., 1), hell 1., 2), mad 1., 1), b)he got up and left, just like that — se levantó y se marchó, así, sin más
4) (=such as) comothe basic necessities of life, like food and drink — las necesidades básicas de la vida, como la comida y la bebida
3. ADV1) (=comparable)•
on company advice, well, orders, more like — siguiendo los consejos de la empresa, bueno, más bien sus órdenes•
it's nothing like as hot as it was yesterday — no hace tanto calor como ayer, ni mucho menos£500 will be nothing like enough — 500 libras no serán suficientes, ni mucho menos
2) (=likely)•
(as) like as not, they'll be down the pub (as) like as not — lo más probable es que estén en el bar4. CONJ*1) (=as) como- tell it like it is2) (=as if) como si5.Nwe shall not see his like again — frm, liter no volveremos a ver otro igual
•
the exchange was done on a like- for-like basis — el intercambio se hizo basándose en dos cosas parecidas•
did you ever see the like (of it)? — ¿has visto cosa igual?sparrows, starlings and the like or and such like — gorriones, estorninos y otras aves por el estilo
•
to compare like with like — comparar dos cosas semejantes
II [laɪk]1. VT1) (=find pleasant)I like dancing/football — me gusta bailar/el fútbol
which do you like best? — ¿cuál es el que más te gusta?
I like him — me cae bien or simpático
I don't like him at all — me resulta antipático, no me cae nada bien
I've come to like him — le he llegado a tomar or (Sp) coger cariño
don't you like me just a little bit? — ¿no me quieres un poquitín?
you know he likes you very much — sabes que te tiene mucho cariño or que te quiere mucho
•
I don't like the look of him — no me gusta su aspecto, no me gusta la pinta que tiene *•
I like your nerve! * — ¡qué frescura!, ¡qué cara tienes!•
well, I like that! * — iro ¡será posible!, ¡habráse visto!•
she is well liked here — aquí se la quiere mucho2) (=feel about)how do you like Cadiz? — ¿qué te parece Cádiz?
how do you like it here? — ¿qué te parece este sitio?
how would you like to go to the cinema? — ¿te apetece or (LAm) se te antoja ir al cine?
how would you like it if somebody did the same to you? — ¿cómo te sentirías si alguien te hiciera lo mismo?
how do you like that! I've been here five years and he doesn't know my name — ¡qué te parece!, llevo cinco años trabajando aquí y no sabe ni cómo me llamo
3) (=have a preference for)I like to know the facts before I form opinions — me gusta conocer los hechos antes de formarme una opinión
4) (=want)I didn't like to say no — no quise decir que no; (because embarrassed) me dio vergüenza decir que no
•
take as much as you like — toma or coge todo lo que quierashe thinks he can do as he likes — cree que puede hacer lo que quiera, cree que puede hacer lo que le de la gana *
•
whether he likes it or not — le guste o no (le guste), quiera o no (quiera)•
whenever you like — cuando quieras5)a) (specific request, offer, desire)would you like a drink? — ¿quieres tomar algo?
would you like me to wait? — ¿quiere que espere?
I'd or I would or frm I should like an explanation — quisiera una explicación, me gustaría que me dieran una explicación
I'd like to take this opportunity to thank you all — quisiera aprovechar esta oportunidad para darles las gracias a todos
I'd like the roast chicken, please — (me trae) el pollo asado, por favor
I'd like three pounds of tomatoes, please — (me da) tres libras de tomates, por favor
b) (wishes, preferences)I should like to have been there, I should have liked to be there — frm me hubiera gustado estar allí
2.VI querer•
as you like — como quieras•
"shall we go now?" - "if you like" — -¿nos vamos ya? -si quieres3.Nlikes gustos mplLIKEhe has distinct likes and dislikes where food is concerned — con respecto a la comida tiene claras preferencias or sabe muy bien lo que le gusta y lo que no (le gusta)
Verb
"Gustar" better avoided ► While gustar is one of the main ways of translating like, its use is not always appropriate. Used to refer to people, it may imply sexual attraction. Instead, use expressions like caer bien or parecer/ resultar simpático/ agradable. These expressions work like gustar and need an indirect object:
I like Francis very much Francis me cae muy bien or me parece muy simpático or agradable
She likes me, but that's all (A ella) le caigo bien, pero nada más
Like + verb ► Translate to like doing sth and to like to do sth using gustar + ((infinitive)):
Doctors don't like having to go out to visit patients at night A los médicos no les gusta tener que salir a visitar pacientes por la noche
My brother likes to rest after lunch A mi hermano le gusta descansar después de comer ► Translate to like sb doing sth and to like sb to do sth using gustar + que + ((subjunctive)):
My wife likes me to do the shopping A mi mujer le gusta que haga la compra
I don't like Irene living so far away No me gusta que Irene viva tan lejos
"How do you like...?" ► Use qué + parecer to translate how do/ did you like when asking someone's opinion:
How do you like this coat? ¿Qué te parece este abrigo?
How did you like the concert? ¿Qué te ha parecido el concierto? ► But use cómo + gustar when using how do you like more literally:
How do you like your steak? ¿Cómo le gusta la carne?
Would like ► When translating would like, use querer with requests and offers and gustar to talk about preferences and wishes:
Would you like a glass of water? ¿Quiere un vaso de agua?
What would you like me to do about the tickets? ¿Qué quieres que haga respecto a los billetes?
I'd very much like to go to Spain this summer Me gustaría mucho ir a España este verano Literal translations of I'd like are better avoided when making requests in shops and restaurants. Use expressions like the following:
I'd like steak and chips ¿Me pone un filete con patatas fritas?, (Yo) quiero un filete con patatas fritas For further uses and examples, see main entry* * *
I
1. [laɪk]1) (enjoy, be fond of)I/we like tennis — me/nos gusta el tenis
she likes him, but she doesn't love him — le resulta simpático pero no lo quiere
how do you like my dress? — ¿qué te parece mi vestido?
how would you like an ice-cream? — ¿quieres or (Esp tb) te apetece un helado?
I like it! — ( joke) muy bueno!; ( suggestion) buena idea!
I like that! — (iro) muy bonito! (iró), habráse visto!
do as o what you like — haz lo que quieras or lo que te parezca
to like -ING/to + INF: I like dancing me gusta bailar; she likes to have breakfast before eight le gusta desayunar antes de las ocho; I don't like to mention it, but... no me gusta (tener que) decírtelo pero...; to like somebody to + INF: we like him to write to us every so often — nos gusta que nos escriba de vez en cuando
2) (in requests, wishes) querer*would you like a cup of tea/me to help you? — ¿quieres una taza de té/que te ayude?
I'd like two melons, please — (me da) dos melones, por favor
2.
vi querer*if you like — si quieres, si te parece
II
1) ( something liked)her/his likes and dislikes — sus preferencias or gustos, lo que le gusta y no le gusta
2) (similar thing, person)the like: judges, lawyers and the like jueces, abogados y (otra) gente or (otras) personas por el estilo; I've never seen/heard the like (of this) nunca he visto/oído cosa igual; he doesn't mix with the likes of me/us — (colloq) no se codea con gente como yo/nosotros
III
adjective (dated or frml) parecido, similarpeople of like minds — gente f con ideas afines; pea
IV
1)a) ( similar to) comoshe's very like her mother — se parece mucho or es muy parecida a su madre
try this one - now, that's more like it! — prueba éste - ah, esto ya es otra cosa
come on, stop crying!... that's more like it! — vamos, para de llorar... ahí está! or así me gusta!
what's the food like? — ¿cómo or (fam) qué tal es la comida?
it cost £20, or something like that — costó 20 libras o algo así or o algo por el estilo
b) ( typical of)it's just like you to think of food — típico! or cuándo no! tú pensando en comida!
2) ( indicating manner)like this/that — así
3) (such as, for example) comodon't do anything silly, like running away — no vayas a hacer una tontería, como escaparte por ejemplo
V
conjunction (crit)a) ( as if)she looks like she knows what she's doing — parece que or da la impresión de que sabe lo que hace
b) (as, in same way) como
VI
a) ( likely)as like as not, she won't come — lo más probable es que no venga
b) ( nearly)
См. также в других словарях:
Boiled egg — Boiled eggs are eggs (typically chicken s eggs) cooked by immersion in boiling water with their shells unbroken. Eggs cooked in water without their shells are known as poached eggs. Hard boiled eggs are boiled long enough for both the egg yolk… … Wikipedia
Egg (food) — Chicken egg redirects here. For the causality dilemma, see Chicken or the egg. On the left a chicken egg, the egg most commonly e … Wikipedia
Egg yolk — Not to be confused with yoke. An intact yolk surrounded by egg white An egg yolk is a part of an egg which feeds the developing embryo. The egg yolk is suspended in the egg white (known alternatively as albumen or glair/glaire) by one or two… … Wikipedia
Egg tapping — The egg tapping game or egg fight is a traditional Easter game. The rule is very simple: to hold a hard boiled egg and tap eggs of other participants to break them but to keep your own undamaged. The egg was a symbol of the rebirth of the earth… … Wikipedia
Egg rolling — Egg rolling, or an Easter egg roll is a traditional game played with eggs at Easter. Different nations have different versions of the game, usually played with hard boiled, decorated eggs. History The pre Christian Saxons had a spring goddess… … Wikipedia
Tea egg — This article is about the Chinese egg based snack. Tea egg is sometimes also used to refer to a Tea infuser. Tea egg A peeled tea egg shown with shell Traditional Chinese 茶葉蛋 … Wikipedia
Salted duck egg — is a Chinese preserved food product made by soaking duck eggs in brine, or packing each egg in damp salted charcoal. In Asian supermarkets, these eggs are sometimes sold covered in a thick layer of salted charcoal paste. The eggs may also be sold … Wikipedia
Society for Creative Anachronism activities — Activities within the SCA Garb (costume)The first thing one notices about a Society for Creative Anachronism (SCA) event is that everyone is wearing at least an attempt at clothing similar to that worn before 1601 ADSCA Governing Documents… … Wikipedia
Breakfast — For other uses, see Breakfast (disambiguation). Part of a series on Meals … Wikipedia
Mayonnaise — For other uses, see Mayonnaise (disambiguation). Standard ingredients and tools to make mayonnaise. Mayonnaise, pronounced: [majɔnɛːz], often abbreviated as mayo,[1] is a sauce … Wikipedia
Roti — For the Indonesian island, see Rote Island. For the cooking method, see Rotisserie. For other uses, see Roti (disambiguation). Roti Indian flat roti, also known as chapati Origin … Wikipedia
